Bier en kabeljauw in het Vaticaan: hoe kardinaal Adrianus van Utrecht tot paus werd verkozen

In de eerste week van het jaar 1522 kan het conclaaf van 39 kardinalen in Rome het niet eens worden over een opvolger van de plotseling overleden paus Leo X. Het is een geopolitiek schaakspel tussen de Duitse en de Franse fracties, geen van de kandidaten kan rekenen op een twee derde meerderheid. Tijdens de elfde stemronde stelt kardinaal Giulio de’ Medici voor om dan maar een van de negen kardinalen te kiezen die er niet bij zijn. ‘Als door een wonder van de Heilige Geest’, meldt het verslag uit 1522, schaart iedereen zich in een flits achter de nieuwe kandidaat.  

Het is steenkoud in de Sixtijnse Kapel, het eten is beroerd, de kardinalen zijn doodmoe van het vergaderen. ‘Hij is een eerbiedwaardig man van 63 jaar die algemeen bekendstaat om zijn vroomheid’, zo prijst kardinaal De’ Medici zijn kandidaat aan, die op 2 maart 1459 als Adriaan Floriszoon werd geboren op een hoek van de Utrechtse Oudegracht. Zijn vader, een gegoede scheepstimmerman, overleed toen zijn zoon negen jaar oud was. Moeder Geertruid vertrouwde Adriaans opvoeding toe aan de Broeders van het Gemene Leven in – waarschijnlijk – Zwolle.  
 

Jan van Scorel, Portrait of Pope Adrian VI (1523). Bron: Wikimedia Commons (PD)
Jan van Scorel, Portrait of Pope Adrian VI (1523). Bron: Wikimedia Commons (PD)

 

Deze religieuze beweging binnen de katholieke kerk, de Moderne Devotie, was in de 14de eeuw ontstaan in de Nederlandse IJsselsteden. De aanhangers, mannen én vrouwen, streefden naar een godvruchtig en simpel leven in navolging van Christus en zijn apostelen. De moderne devoten woonden als Broeders of Zusters van het Gemene Leven in kleine leefgemeenschappen en onderhielden er studentenhuizen voor begaafde scholieren, onder wie dus Adriaan. Hij deed hier onuitwisbare indrukken op. Zijn vroomheid, zijn voorliefde voor een sobere levensstijl, zijn aandacht voor de armen en het zielenheil van de eenvoudige gelovigen en zijn liefde voor de studie van de Bijbel en de geschriften van de kerkvaders spruiten hieruit voort.  

Plaatsvervanger van keizer Karel V
De 17-jarige Adrianus liet zich in Leuven inschrijven als student theologie. Hij maakte een snelle carrière als wetenschapper, werd rector van de universiteit en deken van de stad.  

In 1507 stelde keizer Maximiliaan van Oostenrijk hem aan als opvoeder van zijn zevenjarige kleinzoon Karel, heer van de meeste Nederlandse gewesten en de latere keizer Karel V. Die stuurde Adrianus eind 1515 als diplomaat naar Spanje om er de kroon van Castilië voor hem veilig te stellen. Adrianus werd achtereenvolgens benoemd tot bisschop van Tortosa, kardinaal en grootinquisiteur. Toen Karel in 1520 tot keizer gekroond werd van het Heilige Roomse Rijk der Duitse natie, benoemde hij Adrianus tot zijn plaatsvervanger in Spanje.  
 

Onbekende maker, Perino del Vaga, Portret van paus Adrianus VI en vier kardinalen (17de eeuw). Bron: Rijksmuseum Amsterdam (PD)
Onbekende maker, Perino del Vaga, Portret van paus Adrianus VI en vier kardinalen (17de eeuw). Bron: Rijksmuseum Amsterdam (PD)

 

Hier verblijft hij als het bericht van zijn benoeming hem weken later bereikt in het Baskische stadje Vitoria waar hij zich namens Karel V voorbereidt op een confrontatie met het leger van de Franse koning. Volgens zijn biograaf Ludwig von Pastor neemt Adrianus de boodschap uiterlijk onbewogen in ontvangst en verzucht hij: ‘Als dit nieuws waar is, heb dan medelijden met mij!’ Na jaren van wapengekletter in dienst van de keizer wil hij liever terugkeren naar de rust van zijn geboortestad, maar hij legt zich neer bij wat de goddelijke voorzienigheid heeft beschikt.  

In Rome zit niemand te wachten op deze ‘barbaar uit het Noorden’. De prelaten sloegen zich meteen al voor het hoofd dat ze in een opwelling deze buitenstaander hadden gekozen, en de Romeinse burgers, wier voorkeur per definitie uitging naar een Italiaan, waren woedend. Ze onthaalden de kardinalen bij het uitgaan van het conclaaf op gejoel. Satiricus Pietro Aretino bespotte het college van kardinalen om zijn lichtzinnigheid: ‘Lelijk gespuis, kiest een paus en weet niet wat het doet, een Vlaming, nooit gezien en onbekend.’   

‘De stank van het vuil’
Twee brandende kwesties gaan de Nederlandse paus het meest aan het hart wanneer hij op 31 augustus 1522 dan eindelijk wordt gekroond in de Sint Pietersbasiliek: de moslimlegers van sultan Süleyman die Hongarije en Rhodos bedreigen en waartegen hij een kruistocht wil optuigen, en de graaizucht en zedeloosheid binnen het bestuur van het Vaticaan, de Romeinse Curie. Bij zijn intrede vermaant hij zijn kardinalen in de geest van zijn leermeesters van de Moderne Devotie, om alleen aan het welzijn van de kerk en de wereld te denken en sober te leven: ‘De Heilige Bernardus heeft gezegd: wie met zonden is overdekt, kan de stank van het vuil niet meer ruiken.’  
 

Bacchiacca, Bildnis des Papstes Hadrian VI. als Priester (ca. 1525). Bron: Wikimedia Commons (PD)
Postuum portret van paus Adrianus als ingekeerde sobere geestelijke. Op de achtergrond de Dood die mensen overrijdt, rechtsonder een zandloper en de vermanende tekst ‘nec quae praeteriit, hora redire potest’ (wat voorbij is, keert niet weer). Bacchiacca, Bildnis des Papstes Hadrian VI. als Priester (ca. 1525). Bron: Wikimedia Commons (PD)

 

Het is niet alleen de zucht naar zuiverheid die hem drijft. Adrianus wil ook de opstandige monnik Maarten Luther de wind uit de zeilen nemen. Die had vijf jaar eerder in het Duitse Wittenberg een revolutie ontketend tegen de corrupte priesterelite en haar aflatenhandel en stuurde aan op een regelrechte scheuring met de Moederkerk.    

De bewoners van het Vaticaan merken al snel dat paus Adrianus VI zich aan zijn woord houdt. De schrik slaat de ambtenaren en prelaten om het hart als ze horen van zijn plan om alle ambten terug te eisen die zijn voorganger Leo X voor veel geld had verkocht aan de hoogste bieders om zijn decadente levensstijl te kunnen financieren.   

Na een pontificaat van amper twintig maanden sterft paus Adrianus op 14 september 1523. Lang is gedacht dat hij was vergiftigd, maar was dat wel zo? En welke van zijn plannen kon hij in deze korte tijd verwezenlijken? Je leest het in de eerste 2022-editie van Geschiedenis Magazine. Meld je voor donderdag 27 januari aan als abonnee, bestel ‘m vanaf eind januari online of haal ‘m dan in de winkel.

Delen: