Wat maakte Jacobus I van Engeland ‘ongewoon’?

Jacobus (James) Stuart was als vorst zowel doorsnee als ongewoon. Dit begon al toen hij in 1567, als baby van één jaar, koning van Schotland werd. James was de zoon van Mary, Queen of Scots. Hij was katholiek, had een vreselijke jeugd, joeg op heksen en was openlijk homoseksueel. 

De ouders van Jacobus I van Engeland

Het was de tijd van de godsdiensttwisten en Jacobus’ ouders maakten het er niet makkelijker op. Zijn katholieke moeder, Maria I Stuart, werd door de – voornamelijk protestantse – Schotse edelen ternauwernood gedoogd. Jacobus’ vader, Lord Henry Stuart Darnley, probeerde door intriges en een strategische hofmoord meer macht te krijgen.

Terwijl James’ vader werd gedood door rivaliserende edelen, trouwde zijn moeder Mary hertrouwde met de hoofdverdachte. Dit nieuwe huwelijk schaadde haar morele reputatie, die toch al in het geding was omdat velen dachten dat ze in het complot zat. Mary’s nieuwe man viel ook in ongenade bij machtige edelen. Ze werd gedwongen af te treden ten gunste van haar eenjarige zoontje Jacobus. Haar tegenstanders zorgden dat hij een strenge en protestantse opvoeding kreeg. Zijn moeder zou hij nooit teruggezien.
 

Jacobus had een eenzame jeugd. Dit miniatuurportret is in zijn geboorteplaats Edinburgh gemaakt naar een schilderij van Arnold van Bronckhorst uit 1574. Collectie Rijksmuseum Amsterdam

 

Jacobus I was de opvolger van Elizabeth I 

Mary vluchtte in 1568 naar Engeland, waar haar achternicht Elizabeth I van het huis Tudor regeerde. Mary had ook Tudorbloed, via haar grootmoeder. Ze was de eerste in lijn om Elizabeth op te volgen maar kreeg als katholiek geen hartelijke ontvangst. De protestantse Elizabeth vreesde dat de Engelse katholieken niet geduldig zouden wachten op haar overlijden, maar dat door een aanslag zouden bespoedigen. Een pauselijke bul uit 1570 gaf hun daartoe zelfs het recht. Met Mary in de buurt was de gedoodverfde opvolger bij de hand. Elizabeth hield Mary daarom veiligheidshalve negentien jaar lang gevangen op diverse kastelen voor ze haar na weer een verijdeld complot in 1587 toch maar liet onthoofden. 
 

Maria I Stuart wordt geblinddoekt om onthoofd te worden. Bernard Picart (1729). Bron: Collectie Rijksmuseum Amsterdam

 

Nu kwam Mary’s zoon Jacobus, inmiddels volwassen en zelfstandig regerend koning in Schotland, in beeld voor de Engelse troon. En omdat hij daar zijn zinnen op had gezet en de Engelsen te vriend wilde houden, liet hij slechts een formeel protest horen bij Mary’s doodvonnis en was er geen militair vertoon. Toen Elizabeth in 1603 overleed, werd hij inderdaad koning van Engeland.

Jacobus I van Engeland en William Shakespeare

Voor Jacobus was zijn jeugd een uniek persoonlijk drama, maar nietsontziende strijd om de macht aan de top was op zichzelf natuurlijk allerminst uitzonderlijk. List en bedrog, moord en doodslag, niemand keek ervan op. De historische feiten over adellijke rivalen die elkaar uit de weg proberen te ruimen leverden mooie literaire thema’s op. William Shakespeare bijvoorbeeld, een generatiegenoot van James I, speelde ermee in zijn tragedies en historiestukken. 

James I: centralisering en intriges

Het zat er dan ook in dat Jacobus als koning zelf eveneens met intriges en aanslagen zou kampen. Al meteen na zijn kroning in Londen werden er moordcomplotten ontdekt, en in november 1605 was een groep opstandige katholieken dicht bij succes; ze hadden Guy Fawkes ingehuurd om het parlementsgebouw met buskruit op te blazen als Jacobus op bezoek was.
 

Elk jaar wordt op 5 november tijdens Guy Fawkes Night in het Verenigd Koninkrijk het Buskruitverraad herdacht. Bij die gelegenheid steekt men poppen van stro die Guy Fawkes voorstellen in brand tezamen met grote hoeveelheden vuurwerk. Tafereel ter ere van Guy Fawkes Night (ca. 1858). Bron: Collectie Rijksmuseum Amsterdam

 

Voor een vorst die rond 1600 op de troon zat, was het ook logisch dat er godsdienstkwesties speelden en dat hij het met de adel, de grote steden en kooplieden aan de stok kreeg. Net als alle Europese vorsten van zijn tijd streefde hij naar centralisering van de staatsmacht; God zou hem zijn positie als absoluut heerser hebben verleend, aan God alleen hoefde hij verantwoording af te leggen en kritiek op de vorst was heiligschennis. Net als elders riep dit protesten op van parlementen en facties die oude privileges, vrijheden en rechten verdedigden. Zeker het Engelse parlement bood assertief weerwerk. Jacobus ontbond het in 1611. 

Was Jacobus I van Engeland homoseksueel?

Je zou Jacobus’ koningschap in die zin dus voorspelbaar kunnen noemen. Dat hij veel geld spendeerde aan dure cadeaus voor persoonlijke favorieten, was ook vorsten eigen. Het was wél een beetje bijzonder dat die gunstelingen mannen waren, aan wie Jacobus tot woede van het politieke establishment regeringstaken gaf en met wie hij vrijwel zeker een seksuele relatie onderhield.

Maar het is vooral opmerkelijk dat zijn voorkeur algemeen bekend was – men grapte onder elkaar over de homoseksuele ‘Queen James’ als opvolger van de geduchte ‘King Elisabeth’ en wie iets van de koning wilde probeerde dat nogal eens met frisse knappe jongens als boodschapper.

Dát Jacobus homo- of biseksueel was, hoeft niet te verbazen. Als een zeker percentage van de mensheid zo geaard is – de schattingen lopen uiteen van 5 tot 10 procent – waarom koningen dan niet? Verschillende Engelse koningen waren al meer of minder openlijk homoseksueel geweest, zoals William Rufus, de zoon van Willem de Veroveraar. Meestal trouwden ze wel. Jacobus ook, in 1589 met prinses Anne van Denemarken. Ze kregen zeven kinderen. 
 

Dubbelportret van Jacobus I van Engeland en Anna van Denemarken (ca. 1601 – 1605). Johannes Wierix, Collectie Rijksmuseum Amsterdam

 

James I’s oorlog tegen tabaksteelt

Jacobus was op één gebied bijzonder: hij apprecieerde boeken. Hij liet de Bijbel opnieuw in het Engels vertalen – deze King James Bible (1611) kreeg dezelfde invloed op de landstaal als bij ons de Statenvertaling (1635) – maar hij schreef zelf ook. James begon met boeken over Schotse poëzie en met gedichten (kenners beoordelen ze als matig) en daarna pakte hij vooral actuele kwesties bij de kop.

Zo schreef Jacobus enkele boeken over het absolute koningschap maar ging in 1604 in een anonieme verhandeling ook tekeer tegen het roken, die stinkende nieuwe mode die hersens en longen aantastte. Hij stelde een tabaksaccijns in, die kennelijk niet zozeer was bedoeld als belasting maar vooral de consument moest ontmoedigen. Pas toen de tabaksplanter John Rolfe met zijn vrouw Pocahontas in 1616 naar Londen kwam en de koning duidelijk maakte dat de Britse kolonie Virginia (in 1607 gesticht) niet zonder tabaksteelt kon, draaide Jacobus bij en deelde voortaan graag in de winst van de Virginia Company. 

Jacobus I’s boek over hekserij

Uitzonderlijk is ten slotte Jacobus’ Daemonologie (1597), het enige boek van een koning over hekserij. Hij was gealarmeerd door sceptische nieuwlichterij dat heksen misschien niet bestonden. Jacobus was, mogelijk door zijn jeugd, geobsedeerd door de angst voor een aanslag. Dit paste goed bij een recente theologische theorie, die hij in zijn boek uitlegt, dat de duivel samenzweert met grote groepen heksen en zo de christelijke samenleving ondermijnt. Deze gedachte leidde tot het bekende sneeuwbaleffect bij heksenprocessen: waar één heks was, moesten er meer zijn. Na martelen werden deze dan ook altijd gevonden.

Jacobus heeft toen hij in 1589 in Denemarken trouwde wellicht kennisgemaakt met dit idee. Daar was het populair terwijl in Schotland de oude opvatting nog in zwang was dat heksen zelfstandig praktiseren; grote heksenprocessen waren er zeldzaam. 

De heksenjacht van Jacobus I van Engeland

In 1590 leidde koning Jacobus echter zelf een megaproces. Tientallen mensen bekenden na marteling dat ze de gevaarlijke storm op zee hadden veroorzaakt die de overtocht van de koning en zijn bruid uit Kopenhagen bemoeilijkte. In Denemarken waren al twee vrouwen voor ditzelfde vergrijp verbrand en in Schotland trof nu een onbekend aantal ongelukkigen dit lot. 

Na zijn troonsbestijging in Engeland lijkt Jacobus minder fanatiek te zijn geworden. Hij maakte hekserij ook hier een halszaak, maar van zware heksenvervolging is geen sprake, al kan dit aan de gematigder opvattingen van de rechters hebben gelegen.

MacBeth en James I of England

William Shakespeare vond het in elk geval opportuun om het heksenthema op te nemen in zijn MacBeth, dat mogelijk eind 1606 zijn première beleefde aan het hof, kort na het Buskruitverraad van Guy Fawkes. Het is het eerste Engelse toneelstuk waarin heksen samen satans listen uitvoeren. Shakespeare beschrijft hoe zij MacBeth naar de ondergang drijven en hoe koningsmoordenaars voor de val komen. Jacobus zal het mooi hebben gevonden. 

Dit artikel verscheen eerder in Geschiedenis Magazine 2016-4.

Ben je nog geen abonnee van Geschiedenis Magazine? Word ‘t dan nu!

Delen: