Thuiszitten? Jan Jans en hun kinderen weten raad

Sinds de maatregelen tegen het coronavirus zijn afgekondigd, zitten we vooral thuis. En dat terwijl een intensief huiselijk gezinsleven alleen maar minder gangbaar is geworden. Hoe ontwikkelde deze huiselijkheid zich de laatste decennia? Een blik in Jan, Jans en de kinderen biedt antwoord. De familiestrip bestaat dit jaar vijftig jaar: een goed moment om terug te kijken op een halve eeuw verbeeld gezinsleven.

Blijf maar lekker thuis
‘Er kwam een meneer bij me op de zaak en die werkt op een computercentrum. Als wij op dit formulier onze vakantie-wensen invullen, stopt hij het in een computer en dan zegt die computer waar we met vakantie heen moeten gaan. Leuk hè?!’ Zo begint een aflevering van Jan, Jans en de kinderen die in 1973 in de Libelle verscheen.

De familie zit op de bank, vergezeld door hun huisdieren, kibbelend over hun vakantie. ‘Mij is ’t om het even waarheen, als ik m’n gezin maar om me heen heb!’ is Jans’ antwoord. De wensen van Jan? ‘Lekker lang uitslapen, ontbijt op bed, de hele dag niets doen en … eh, o ja, kleuren tv op m’n kamer… natuurlijk mag het ook niet veel kosten.’ Een dag later komt het antwoord van de computer: ‘Blijf maar lekker thuis en huur een kleuren-tv!’

 

Miljoenste tv-kijker in Deventer. Het gezin Milius bij de tv in 1961. Anefo, Nationaal Archief.

 

In de oer-familiestrip spat de huiselijkheid en gezelligheid ervan af. Vanaf 1970 tekende striptekenaar Jan Kruis elke week een moment uit het dagelijks leven van de fictieve familie Tromp. De strip in de Libelle brengt daardoor ook herinneringen aan het eigen gezin en huiselijkheid naar boven. Samen eten, tijd doorbrengen op de bank, aan de keukentafel of in de tuin, de komst van visite en vooral veel gezelligheid. Het lijken de vaste ingrediënten van zowat elke JanJans-strip. Maar toch veranderden die in de afgelopen vijftig jaar…

 

Vader, moeder en zoontje op een bank in de huiskamer. Foto door Willem van de Poll, Nationaal Archief.

 

Samen aan de andijvie
Catootje en Karlijn komen thuis van school, Jans dekt de tafel en Jan is terug van zijn werk. ‘Wat eten we vandaag?’ vraagt Jan nieuwsgierig aan zijn vrouw. ‘Heerlijke andijvie’ is het antwoord. Zijn reactie: ‘Jans, hoe haal je het in je hoofd.. Andijvie wèèèh...’

Dit herkenbare tafereel komt uit het eerste stripalbum dat uitkwam in 1971. In dit album zat de familie Tromp maar liefst 9 van de 44 strips samen aan tafel. Maar zes jaar later liet Jans haar gezin al in de steek bij de avondmaaltijd. Ze ging naar een macrobiotische kookcursus van 5 tot 7 uur ‘s avonds. Al snel gaat het bergafwaarts met het gezamenlijke eetmoment. In de albums uit 2004 en 2009 at de familie zelfs geen enkele keer samen.

 

Een gezin in Denemarken aan aan de eettafel met de avondmaaltijd in 1954. Foto door Willem van de Poll, Nationaal Archief. 

 

Sterker nog: de familie Tromp was überhaupt minder samen. Tot 1985 zaten Jan, Jans, Karlijn en Catootje nog vaak samen te lezen op de bank, keken met z’n allen naar Een van de acht, voerden verhitte discussies of dronken een kopje thee. Hierna verdween dit samenzijn echter steeds meer uit de strip. Sinds het aanbreken van de 21ste eeuw brengt de familie wel weer meer tijd met elkaar door. Maar niet altijd op de bank: die hebben ze deels ingewisseld voor de keukentafel en de tuin. Daar houden ze zich bezig met tekenen, onkruid wieden of voetballen. Geen activiteiten met het hele gezin dus. De Trompjes gingen meer langs elkaar heen leven.

Gezellig..?
Vaker alleen eten, minder vaak samen op de bank: het gezinsleven van de familie Tromp werd steeds minder huiselijk. En dat had ook gevolgen voor de gezelligheid. Zo werd er in album 10 uit 1980 nog 14 keer benoemd hoe ‘gezellig’ Jans met de kinderen in de tuin zat, hoe ‘gezellig’ het was dat ze bij Joop op bezoek zouden gaan en wilde Jans ‘het gezellig hebben als je vader thuiskomt’. Maar in de albums 42 uit 2008 en 46 uit 2010 was het klaar met de gezelligheid: het woord kwam in geen enkele strip meer voor.

 

Gezelligheid en spanning in de huiskamer bij de tv tijdens de kwartfinale van de Europacup 1 op 1 maart 1967. Foto door Ben Merk, Anefo, Nationaal Archief.

 

Minder gezelligheid in gezinsverband, maar wel meer visite: vonden de avonturen van de Trompjes in de eerste stripalbums nog enkel binnen gezinsverband plaats, vanaf 1979 werd de familie regelmatig bezocht door visite. Dit waren eerst alleen familieleden. Zo kwam de vader van Jan vaak langs om pijp rokend zijn zoon te vertellen hoe het niet moest en zijn kleinkinderen te leren hoe het wel moest. Ook Jans’ feministische nicht Hannah bracht de familie geregeld een bezoekje. Vanaf de 21ste eeuw breidde de visite zich uit: ook collega’s, kennissen en vriendinnen van Jans kwamen over de vloer. Het sociale leven van de Trompjes werd steeds intensiever.

JanJans en de maatschappij
De veranderingen bij de familie Tromp staan niet op zichzelf: ze zijn ook breder terug te zien in de maatschappij. Het Tijdbestedingsonderzoek en Gezinsrapport van het Sociaal en Cultureel Planbureau laten zien dat gezinsleden steeds minder vaak samen eten. Werden er in 2000 nog 5,7 avondmaaltijden met het gehele gezin genuttigd, in 2005 waren dit er nog maar 5,4. Ook het samenzijn van de Trompjes correspondeert met dat van de gemiddelde Nederlander: hoewel het Tijdbestedingsonderzoek aantoont dat we de laatste decennia vaker samenzijn, hebben we minder contact met elkaar. Net als het stripgezin leven we langs elkaar heen.

 

Een moeder geeft haar kind eten in 1970. Foto door Rob Mieremet, Anefo, Nationaal Archief:

 

Volgens historici zou dit helemaal passen bij het aanbreken van het ik-tijdperk. In plaats van de gemeenschap, draait nu alles om het individu. Wanneer deze individualisering echt doorbrak, is nog onderwerp van discussie. Sommige historici beweren dat dit al in de jaren zeventig plaatsvond. Door de ontzuiling en de tweede feministische golf kregen Nederlanders meer keuzevrijheid en konden ze zich individueel ontplooien. Anderen plaatsen de ontwikkeling in de jaren tachtig, toen het materialisme en de consumptie een vlucht namen: de Nederlander wilde een auto, een computer en op verre vakanties – en koos daarmee voor zijn eigen geluk. Maar wanneer het ook was, één ding is zeker: het ik-tijdperk ging ten koste van de huiselijkheid.

Huiselijkheid in tijden van corona
Steeds minder vaak samen eten of anderszins tijd met elkaar doorbrengen, minder gezelligheid in gezinsverband, maar wél vaker anderen over de vloer. Het zijn maatschappelijke trends die sinds het laatste kwart van de 20ste eeuw steeds verder doorzetten. Tenminste, tot half maart, toen de corona-maatregelen van kracht werden. Ineens is samen thuiszijn weer de nieuwe standaard, visite een zeldzaamheid en gezelligheid het streven. Zou de coronacrisis de trend van de onthuiselijking definitief hebben gebroken? Houden we iets van de nieuw gevonden huiselijkheid vast of trekken we er massaal op uit wanneer de lock down wordt verlicht?

Of het Nederlandse gezinsleven blijvend verandert zal nog moeten blijken. Tot die tijd kunnen Jan, Jans en hun kinderen ons wellicht vast wat handvatten bieden voor het huiselijk leven: kom eens van die bank af, zoek de tuin of de keuken op en neem ook een momentje voor jezelf. En wie weet zien we de laatste ontwikkelingen binnenkort terug in de strip.

 

Delen: