Hoe het Democratische zuiden Republikeins werd

Het zuiden van de Verenigde Staten was tot in 1964 overwegend Democratisch. Bij deals konden de Democraten in Washington blindvaren op steun van zuidelijke politici. Vandaag de dag stemt het zuiden grotendeels Republikeins. Wat leidde tot dit stuivertje wisselen? Frans Verhagen legt het uit in het komende nummer van Geschiedenis Magazine.

Wie de wortels van de oude Democratische loyaliteit in het zuiden wil begrijpen, moet terug naar de Amerikaanse Burgeroorlog (1861-1865). Het was de Republikein Abraham Lincoln die de slavernij afschafte. Zijn partijgenoten stemden in het Congres voor de smadelijke bezetting van de zuidelijke staten die zich hadden afgescheiden. Noordelijke troepen maakten daar tot 1877 de dienst uit. Tijdens die periode van Reconstruction waren de vroegere Confederate States niet vertegenwoordigd in het door Republikeinen gedomineerde Congres in Washington.

The solid South
Het zuiden koos dus voor de Democraten, dat wil zeggen blanken deden dat, want na 1877 was stemmen er voor zwarten praktisch onmogelijk of zelfs onwettig. De term hiervoor was ‘the solid South’. Het waren Democraten die eind 19de eeuw via de zuidelijke staatsparlementen een systeem van segregatie installeerden dat zwarte inwoners wegzette als tweederangs burgers.

 

solid south
Bij de presidentsverkiezingen van 1968 in de VS gingen voor het eerst sinds de Burgeroorlog niet meer alle kiesmannen van het zuiden naar de Democraten - alleen nog die van Texas, de thuisstaat van zittend president Lyndon B. Johnson. Op deze foto van 26 juli 1968 spreekt hij in het Witte Huis met Richard Nixon, de kandidaat van de Republikeinen. (Foto Wikimedia Commons).

 

Wilson en de Ku Kux Klan
De zuidelijke president Woodrow Wilson, een racist in hart en nieren, tornde niet aan de segregatie. Hij zat in het Witte Huis van 1912 tot 1921. Misschien symbolisch: toen in 1915 voor het eerst een film in het Witte Huis vertoond werd, was dit een vehikel voor de Ku Klux Klan. Het was Birth of a nation van D.W. Griffith, naar een boek van Thomas J. Dixon, een studiegenoot van Wilson, die de film ook plugde bij het Hooggerechtshof en het Congres. De zwarten die erin voorkomen zijn zonder uitzondering lui, slecht, gevaarlijk of onbetrouwbaar; blanke zuidelijke soldaten en Klanleden zie je slechts quasi-ridderlijk vechten voor de eer van het zuiden. Het indrukwekkend gefilmde verhaal bezorgde de Klan een grote toeloop en (de latere) Klanleider David Duke gebruikte het in de jaren ’70 nog voor ledenwerving.Wat Wilson ervan vond is omstreden. Toen de film controverse bleek op te roepen, noemde hij hem een ‘ongelukkig product’.

De grote interne migratie
De zuidelijke bevolking raakte echter op drift. Tussen 1900 en 1920 verlieten zo’n vijf miljoen zwarten het zuiden, weg van armoede, segregatie, lynchings en de racistische Democraten met hun almacht in politiek en bestuur. In de grote steden in het noorden en langs de oostkust boven Virginia lokte de werkgelegenheid in de industrie. Hier konden zwarten voor het eerst gaan stemmen. Ze kozen vooral de Republikeinse Partij, de club van hun bevrijder Lincoln. De partijen waren duidelijk verdeeld en de voorkeuren leken vast te liggen…

Hoe kon het Democratische Zuiden dan zo Republikeins worden? En waarom stemmen de Afro-Amerikanen tegenwoordig hoofdzakelijk Democratisch? Lees het in het septembernummer van Geschiedenis Magazine, vanaf 24 augustus in de winkel!

Delen: