Hoe bloedeloos was de Glorious Revolution (1688)?

In 1688 greep het Britse parlement de macht en het land werd gered van een slechte koning door een bloedeloze revolutie. Niets is echter wat het lijkt. Ivo van de Wijdeven beschrijft de ware toedracht van de Glorious Revolution. Bloedeloos was het in ieder geval niet.

Vanaf het begin van de 17de eeuw waren de koning en het parlement in Engeland verwikkeld in een bij tijd en wijle bloedige strijd om de macht. Sinds 1685 regeerde bovendien de katholieke koning Jacobus II. De protestantse elite van het land was hier zeer ontevreden mee. Zij wilde een regime change, maar dan wel één zonder bloedvergieten. De gewelddadige Engelse Burgeroorlog (1642-1651), waarin koning Karel I was geëxecuteerd en zijn opvolger Karel II tot ballingschap werd gedwongen, lag nog vers in het geheugen. Om herhaling van dit horrorscenario te voorkomen moest de koning op legale wijze worden afgezet. De voortekenen waren gunstig: er was geen mannelijke erfgenaam.

Een brief aan Willem III
Op 10 juni 1688 schonk Jacobus’ tweede vrouw Maria d’Este hem echter een zoon. Het kind, Jacobus geheten, werd meteen onderwerp van een pr-oorlog. De tegenstanders van Jacobus II beweerden dat het een ‘nepbaby’ was die een beddenpan de kraamkamer was binnengesmokkeld. Ondanks een verklaring van wel 42 getuigen die aanwezig waren bij de geboorte, bleef dit gerucht als fake news avant la lettre rondzingen.

Volgens de Britse geschiedenisboeken was de geboorte van Jacobus’ zoon aanleiding voor zeven Engelse notabelen om stadhouder Willem III een brief te schrijven. Latere geschiedschrijvers gaven ze als ‘The Immortal Seven’ een heldenstatus. De zeven vroegen Willem om Engeland binnen te vallen en Jacobus af te zetten ten gunste van Willems vrouw Mary Stuart, een van de dochters van Jacobus. Willem en Mary waren beiden protestants en zouden volgens de briefschrijvers op grote steun kunnen rekenen.

Portret van Willem III door Willem Wissing (Collectie Rijksmuseum, publiek domein)
 

Invasie werd al voorbereid
De brief van de Onsterfelijke Zeven kwam bepaald niet als een verrassing voor Willem – een feit dat in Britse geschiedenisboeken nogal eens onder het tapijt is geveegd. Hij werkte al anderhalf jaar aan de voorbereiding van een invasie. In het geheim had hij Engelse politici laten polsen over hun steun voor een eventuele machtsovername en in november 1687 lag er al een kant-en-klaar militair plan op tafel. Om zijn invasie legitimiteit te verschaffen vroeg Willem in april 1688 aan een van de Onsterfelijke Zeven om een uitnodiging om Engeland binnen te vallen. In dit verzoek ontvouwde Willem ook de plannen die hij voor het land had: een vrij parlement en het primaat van het protestantisme.

Lodewijk XIV een hak zetten
Willem maakte wijselijk géén melding van de ware reden van zijn belangstelling voor Engeland: de kans om Lodewijk XIV een hak te zetten. Hij was al jaren verwikkeld in een geopolitiek schaakspel met de katholieke Franse koning, die in 1672 de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden nog aan de rand van de afgrond had gebracht door een gezamenlijke aanval met Engeland en de bisdommen Münster en Keulen. Lodewijk maakte al langer avances naar Jacobus II in Engeland en deze leek hier wel oren naar te hebben. Met de invasie zou Willem de situatie in één klap omdraaien. Dan zou hij Engeland binnenloodsen in de Grote Alliantie die hij samen met de Heilige Roomse keizer Leopold I had gesmeed om het Franse expansionisme een halt toe te roepen.

Alleen orde op zaken stellen
Toen Willem ook toestemming had van de Staten-Generaal en de invasievloot klaarlag voor vertrek, deed hij er voor de Britse bühne nog een schepje bovenop. In zijn ‘Declaration of The Hague’ benadrukte hij dat hij slechts kwam om het Engelse volk te ondersteunen in zijn vrijheidsstrijd omdat het hem daartoe had opgeroepen. Hij zou alleen orde op zaken stellen en zijn troepen weer terugtrekken zodra de ‘staat van de natie’ dat toestond. Deze politieke ‘spin’ van Willem III sloeg aan: het publiek omarmt dit verhaal nog steeds als de waarheid.

Dit is ook te danken aan het fraaie staaltje politiek theater dat de invasie was. Na twee mislukte pogingen vertrok de indrukwekkende invasievloot van 463 schepen – twee keer de omvang van de beruchte Spaanse Armada – op 11 november uit Hellevoetsluis. Door slechte weersomstandigheden ging Willem pas vier dagen later aan land bij Brixham in het zuiden van Engeland. Zijn leger van 15.000 man ondervond geen tegenstand. De Britse marine moest vanwege het weer lijdzaam toezien en Jacobus aarzelde om zijn 20.000 man sterke leger in de strijd te gooien.

Plunderen was strikt verboden
De invasie werd nadrukkelijk niet als invasie gepresenteerd. De Nederlandse troepen mochten het woord niet gebruiken en plunderen was strikt verboden. In plaats daarvan werd de ‘Declaratie van Den Haag’ verspreid. Willem had er 60.000 laten drukken om uit te delen en had ook een drukpers meegenomen om extra exemplaren te maken.

Het clichébeeld van de Glorious Revolution: juichende mensen bij Willems intrede in Torbay (1688) door Jan van der Veen (ca. 1853-1861) (Collectie Rijksmuseum, publiek domein)
 

Hij presenteerde zich niet alleen in pamfletten aan de Britten als een verlosser, maar ook visueel. Toen de legertroep eenmaal in beweging kwam, ging hij voorop, gezeten op een wit paard en omringd door een erewacht van 200 ridders en 200 zwarte soldaten afkomstig uit Suriname. Op zijn banier was te lezen: ‘Pro religione et libertate’, voor de religie en vrijheid (het protestantisme welteverstaan). De opmars verliep voorspoedig: binnen een paar weken was Willem al op 60 kilometer van de hoofdstad Londen. Hier en in verschillende andere plaatsen in Engeland braken antikatholieke rellen uit.

Britse koning vlucht naar Frankrijk
Jacobus II maakte ondertussen een besluiteloze indruk. Hij sloeg Lodewijks aanbod af om een Franse expeditiemacht te sturen om hem te ontzetten en hield zijn leger in de kazernes. Toen hij te horen kreeg dat een aantal van zijn commandanten was overgelopen naar Willem, leed hij twee dagen lang aan een bloedneus. Nadat Willem op 17 december Londen was binnen getrokken vluchtte Jacobus schielijk naar Frankrijk. Nederlandse troepen kregen de opdracht om hem niet tegen te houden: Willem wilde een herhaling van de executie van Karel I koste wat het kost voorkomen.

Het clichébeeld van de Glorious Revolution: koning Jacobus II die bij nacht wegvlucht naar Frankrijk in een roeiboot (1688) (prentmaker anoniem, mogelijk Bastiaen Stopendael, ca. 1689. Collectie Rijksmuseum, publiek domein)

 

Willem en Mary op de troon
Na zijn vlucht proclameerden de samenzweerders de afzetting van Jacobus. Willem en Mary werden gevraagd om samen plaats te nemen op de Engelse troon, mits ze beloofden te vertrekken zodra de ‘staat van de natie’ dat toeliet. 13 februari 1689 werden Willem en Mary tot koning en koningin van Engeland en Ierland gekroond (op 11 april van Schotland), nadat ze de Bill of Rights hadden ondertekend, die de macht van de koning aan banden legt en de rechten van het parlement in detail vastlegt. Samen met onder andere de Magna Carta uit 1215 vormt de Bill of Rights de basis voor de Britse democratie.

De invasie luidde hier dus de overgang in van een absolute naar een constitutionele monarchie, en de koning was ook nog eens vreedzaam vertrokken. Vandaar dat de inval bekendstaat als de ‘bloodless’ Glorious Revolution.

Toch wel bloed vergieten
Met de kroning van Willem en Mary was de strijd echter nog niet gestreden, en er zou wel degelijk nog veel bloed vloeien. Jacobus en zijn aanhangers gaven de strijd niet zomaar op. Hij landde kort na de kroning met een Frans leger in Ierland. Hier en ook in Schotland moest Willem zijn koningschap met harde hand veiligstellen. Op 11 juli 1690 wist hij Jacobus’ leger te verslaan in de beroemde Battle of the Boyne, naar de Ierse rivier waar werd gevochten.

De slag aan de Boyne (Ierland) tussen Jacobus II en Willem III, 12 juli 1690 door Jan van Huchtenburg (Collectie Rijksmuseum, publiek domein)
 

Jacobus vluchtte voor de tweede keer naar Frankrijk. Meer dan een jaar later kwam er met de dood van 7000 jacobieten in de slag bij Aughrim in Galway definitief een einde aan het verzet. In Noord-Ierland vieren fanatieke protestanten Willems overwinning nog steeds.

Willem had nu heel het Verenigd Koninkrijk waar hij het hebben wilde en zijn masterplan was gelukt: het parlement ging akkoord met toetreding tot de Grote Alliantie en een Engelse oorlogsverklaring aan Frankrijk. Dat zijn macht door de Bill of Rights beperkt werd, was een prijs die hij graag betaalde voor deze Britse hulp. Bovendien strookte een constitutioneel koningschap uitstekend met zijn zorgvuldig opgebouwde imago. Hij was zo geloofwaardig dat niemand het Willem kwalijk nam dat hij toch maar aanbleef als vorst.

Britten werden Europa ingetrokken
Engeland en de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden stortten zich vervolgens zij aan zij in de Negenjarige Oorlog, die Lodewijk XIV in 1688 was gestart met een inval in de Palts, dat tot het Heilige Roomse Rijk behoorde. Met vereende krachten werden de machtige Fransen op de knieën gedwongen; bij de Vrede van Rijswijk (1697) moesten zij bijna al hun veroveringen opgeven.

De Negenjarige Oorlog zou niet de laatste oorlog op het Europese continent zijn waar de Britten bij betrokken waren. Na Willems dood in 1702 bleven de Britten geobsedeerd door de machtsbalans in Europa. Met zijn slimme propaganda had Willem III de Britten succesvol Europa in weten te trekken.

Dit is een bewerkte versie van een eerder in Geschiedenis Magazine gepubliceerd artikel (jaargang 52 (2017), nummer 8).

VERDER LEZEN
L. Panhuysen, Oranje tegen de Zonnekoning. De strijd tussen Willem III en Lodewijk XIV om Europa, Atlas Contact, 2016
W. Troost, Stadhouder-koning Willem III. Een politieke biografie, Verloren, 2001
M. Bosman, De roofkoning. Prins Willem III en de invasie van Engeland, Athenaeum, 2016

Delen: