EEUWIGE RAADSELS | Het verdwenen legioen

Vreemde verdwijningen, mysterieuze verschijningen, raadselachtige plekken… De geschiedenis zit vol onopgeloste raadsels. Wat is er eigenlijk precies gebeurd? Daarover liggen wetenschappers (en anderen) nog wel eens met elkaar in de clinch. Geschiedenis Magazine dook in enkele van deze mysterieuze geschiedverhalen én hun mogelijke verklaringen. Lees hier de eerste aflevering: de verdwijning van het 9de Romeinse legioen.

Duizenden voetsoldaten, vergezeld door honderden ruiters, boogschutters en verkenners, geleid door officieren en generaals. De Romeinse legioenen speelden een cruciale rol in de bestendiging en uitbreiding van de Republiek en later het Rijk. De verplaatsingen van de legioenen en de veldslagen die ze vochten werden goed gedocumenteerd, maar over het Negende Legioen lijken alle bronnen na 108 na Chr. te zwijgen. Hoe kon zo’n grote legereenheid plotseling verdwijnen?

Laatste sporen
Legio IX Hispana was één van de ongeveer vijftig Romeinse legioenen en werd waarschijnlijk rond 90 v. Chr. in het leven geroepen voor de belegering van Asculum. Omstreeks 58 v. Chr. stond het legioen onder bevel van Julius Caesar die het in vele veldslagen en oorlogen inzette. Ook na zijn dood bleef de legereenheid actief: onder Caesars opvolger Augustus wist het in de Slag bij Actium (31 v. Chr.) Marcus Antonius en Cleopatra te verslaan.

Een 19de-eeuwse voorstelling van de Slag bij Teutoburgerwoud waarin het Negende Legioen meevocht. 1864. Publiek domein.

 

Ook toen de Romeinse Republiek in het Romeinse Rijk veranderde, bleef het legioen van belang. Augustus stuurde het naar Spanje – vandaar de naam ‘Hispana’ – en liet het in 9 na Chr. meevechten tegen de Germanen in de voor de Romeinen rampzalige Slag om het Teutoburgerwoud. Na enkele overplaatsingen, trokken de soldaten van IX Hispana in 43 na Chr. ten strijde tegen de Britten tijdens de invasie van Britannia. Daar zijn hun laatste sporen gevonden. Een gegraveerde stenen tablet die archeologen in 1864 ontdekten, verhaalt van de herbouw van hun fort in York in 108 na Chr. Over wat volgde, was niets  bekend.

Vernietigd of plots verdwenen
Het verdwijnen van het Negende Legioen is aanleiding geweest voor heel wat speculaties en theorieën. Volgens de 19de-eeuwse Duitse classicus Theodor Mommsen (1817-1903) werd het legioen niet lang na de inscriptie uit 108 onder de regering van keizer Hadrianus vernietigd tijdens een opstand van Keltische stammen aan de noordgrens. Als bewijs leverde Mommsen een brief van de historicus Marcus Cornelius Fronto aan keizer Marcus Aurelius in 160 na Chr.: ‘Inderdaad, toen uw grootvader Hadrianus de keizerlijke macht bezat, hoevele soldaten werden er niet door de joden gedood, wat een groot aantal door de Britten.’

Portret van de historicus Theodor Mommsen, Ludwig Klaus, 1881. Publiek domein.

 

Maar volgens anderen zou er helemaal geen strijd hebben plaatsgevonden. De vierduizend soldaten zouden Caledonië, het huidige Schotland, in gemarcheerd zijn, waarna ze op raadselachtige manier verdwenen. Deze theorie mag wat mysterieus of eng klinken, er is wel onderbouwing: zo ontbreekt er een verslag van een strijd met Caledoniërs of Keltische stammen, en hulptroepen die zich later in het gebied waagden vonden geen enkel spoor van een legioen. Bovendien zeiden gevangengenomen Caledoniërs dat ze het Negende Legioen nog nooit hadden gezien.

Nieuwe vondst, nieuwe theorie
In de 20ste eeuw maakten nieuwe archeologische vondsten echter duidelijk dat dat Legio IX helemaal niet in Britannia of Caledonië was verdwenen. Archeologen ontdekten in en nabij Nijmegen, de plek van het Romeinse fort Noviomagus Batavorum, verschillende inscripties die de aanwezigheid van IX Hispana na 108 na Chr. bevestigden. Zo vonden ze speciale tegelstempels uit de periode 108-120 na Chr. en een altaar voor Apollo met een inscriptie waarin een officier zichzelf hoofdcenturion van IX Hispana noemt. Vondsten uit 2015 laten zien dat het legioen tot zeker 120 na Chr. in Nijmegen is geweest. Daarna ontbreekt het bewijs en lijkt het legioen uit Nederland te zijn vertrokken.

Een tegel met tegelstempel van Legio IX Hispana, gevonden in York. Soortgelijke zijn opgegraven in Nijmegen. Yorkshire Museum, York.

 

Aanhangers van de Britse nederlaag- en verdwijningsverklaringen zien echter weinig in deze nieuwe theorie. Volgens hen zijn de inscripties geen bewijs, omdat de namen van officieren daarop makkelijk verward kunnen worden: er waren wel meer mensen met dezelfde naam. Ook de tegelstempels zouden niets bewijzen: die zouden namelijk niet uit 120 stammen, maar uit 80 na Chr., precies de periode waarin het legioen zich inderdaad even in Germaans gebied bevond, voordat het weer naar het huidige Groot-Brittannië vertrok.

Gesneuveld in het Oosten?
Bovendien zijn ze sceptisch over wat er volgens de pleitbezorgers van de nieuwe verklaringen na 120 met de legereenheid zou zijn gebeurd. Die laatsten zien hier twee mogelijkheden. Volgens sommige wetenschappers zou het legioen naar Judea zijn gestuurd om daar in 132 de Tweede Joodse Opstand neer te slaan. Het legioen zou echter zijn verslagen door de Joodse troepen en zijn ontbonden, waarna de soldaten hun eigen weg gingen. De aanhangers van de Britse theorie brengen hier echter tegenin dat documentatie over Legio IX in deze opstand ontbreekt, terwijl de bronnen wel getuigen van andere legioenen die meevochten.

Een schets van een Romeinse inscriptie gevonden in de 19de eeuw in het huidige Bittar, waar de Tweede Joodse Opstand plaatsvond. De inscriptie vermeldt het vijfde en elfde legioen, het negende wordt niet genoemd. Publiek domein.

 

Andere wetenschappers denken dat Legio Hispana in de Parthische oorlog (161-166) van keizer Marcus Aurelius tegen de Parthische koning Vologases IV is gesneuveld. Volgens de Grieks-Romeinse historicus Cassius Dio omsingelde en vernietigde een Parthisch leger namelijk een niet nader gespecificeerd Romeins legioen in het huidige Armenië. Maar ook deze verklaring staat op losse schroeven: bewijs voor de aanwezigheid van het Negende Legioen in het oosten ontbreekt vooralsnog. Genoeg reden voor de voorstanders van de Britse theorie om ook deze hypothese de deur te wijzen.

Voortleven
Een vernietigende opstand in Britannia in 108, een raadselachtige verdwijning in Schotland, een uitstap naar Nijmegen om vervolgens zijn einde te vinden in de Judea… of misschien toch verwoest door een Parthisch leger? Ondanks enkele inscripties en geschreven bronnen, blijft het lot van het Negende Legioen een mysterie.

Sommigen beweren zelfs dat het legioen nog veel langer bleef voortbestaan, tot in de 2de of 3de eeuw na Chr. Legio VI Hispana, die in enkele inscripties uit de 2de en 3de eeuw wordt genoemd, zou namelijk in werkelijkheid IX Hispana zijn. Een spelfoutje van de steenhouwers. Er is echter geen enkel bewijs dat dit ondersteunt. Wie weet geeft nieuw archeologisch bewijs in de toekomst uitsluitsel.
 

Delen: