Complottheorieën en onvrede in het Rampjaar: “Burgers gaven de regenten de schuld”

Dit jaar is het 350 jaar geleden dat het Rampjaar 1672 zich voltrok in de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. Met de tentoonstelling ‘Rampjaar’ besteedt het Haags Historisch Museum uitgebreid aandacht aan dit trauma in de Nederlandse geschiedenis. Het museum maakt een vergelijking met het crisisjaar 2020, vertelt conservator Lex van Tilborg – een vergelijking die op zijn minst opmerkelijke parallellen oplevert.

Macabere connectie
Het Haags Historisch Museum heeft op een ietwat lugubere wijze een inhoudelijke connectie met het Rampjaar. In dat jaar stond raadspensionaris Johan de Witt al sinds 1653 aan het roer, in een periode die bekendstaat als het Eerste Stadhouderloze Tijdperk (1650-1672). Dat was geen gemakkelijke opgave. Het land was al lange tijd in de ban van een tweestrijd tussen orangisten en staatsgezinden, en ook op het Europese toneel had De Witt maar weinig grip op de internationale situatie.

Met desastreuze gevolgen. “De Republiek raakte in oorlog met Frankrijk en Engeland, die werden gesteund door de bisdommen Münster en Keulen”, zo vertelt Lex van Tilborg, conservator van het Haags Historisch Museum. “Frankrijk bezette grote delen van de Republiek. En terwijl de waterlinie het westen weliswaar beschermde, brak in Hollandse en Zeeuwse steden paniek uit.” De veelgehoorde uitspraak ‘het volk was redeloos, de regering radeloos en het land reddeloos’ is niet voor niets al die jaren blijven hangen.
 

Pieter Wouwerman, De bestorming van Coevorden in 1672 (ca. 1677). Bron: Wikimedia Commons (PD)
Pieter Wouwerman, De bestorming van Coevorden in 1672 (ca. 1677). Bron: Wikimedia Commons (PD)

 

De roep om ingrijpen door Willem III werd steeds luider. “De Hollandse regenten kwamen daar uiteindelijk aan tegemoet”, zegt Van Tilborg. “En dat betekende het einde van het regime van De Witt.” We weten allemaal wat er vervolgens gebeurde: De Witt nam ontslag en werd uiteindelijk met zijn broer Cornelis door een woedende menigte gelyncht.

“Niet alleen vond dit gruwelijke voorval praktisch voor onze deur plaats”, vertelt Van Tilborg over de macabere connectie tussen het museum en het Rampjaar, “de beruchte tong en vinger van de gebroeders De Witt, die tijdens de moordpartij zijn afgesneden, behoren tot de collectie van het museum.”

Crisis toen en nu
De tong en vinger zijn nu belangrijke collectiestukken die ons herinneren aan de afschuwelijke gebeurtenissen van het Rampjaar, net als de vele schilderijen, prenten en brieven van en aan Johan de Witt.

Het museum toont in de tentoonstelling ‘Rampjaar’ bovendien enkele wel heel bijzondere officiële documenten, zoals de Akte van Seclusie. “Dat was een geheime clausule waarmee de Staten van Holland, waaronder Johan de Witt, aan Engeland beloofden nooit een Oranje tot legeraanvoerder of stadhouder aan te stellen”, legt Van Tilborg uit. “Vanzelfsprekend zette deze clausule veel kwaad bloed bij orangisten.”
 

Johannes van Wijckersloot, Allegorie van de Franse invasie (1672). Bron: Wikimedia Commons (PD)
Een orangist toont een regent, met een slaapmuts op, een allegorische tekening, waarop de Nederlandse leeuw is verslagen, het hek omver ligt, de wapens gebroken zijn en bovenin de Franse haan kraait. De les: de regenten hadden naar de orangisten moeten luisteren, dan was de Republiek niet door de Fransen onder de voet gelopen. Johannes van Wijckersloot, Allegorie van de Franse invasie (1672). Bron: Wikimedia Commons (PD)

 

Net als nu gingen er in het Rampjaar wilde complottheorieën rond. Zo was er het gerucht dat de regenten en Johan de Witt de Republiek hadden verkocht aan de Fransen. Men verdacht de bestuurders ervan het volk in de steek te laten. Daar had het ook wel alle schijn van, zegt Van Tilborg. “Burgers zagen dat sommige regenten zichzelf en hun kostbaarheden in veiligheid brachten. Hele schepen werden volgeladen, om vervolgens uit te wijken naar andere steden. Begrijpelijkerwijs leidde dat tot woede en gevoelens van landverraad.”

Lastercampagnes
Als gevolg ontstonden er ware lastercampagnes tegen de regenten. Door middel van pamfletten konden propagandisten vrij gemakkelijk en snel hun boodschap onder het volk verspreiden. Ook de regenten probeerden zich via dit vluchtige medium te verweren. “Dat is vrij uitzonderlijk”, vertelt Van Tilborg, “omdat zij onder normale omstandigheden zich niet hoefden te verantwoorden. De mening van het volk deed er immers niet toe.

Maar in 1672 konden de regenten er niet meer omheen.” Ook Johan de Witt deed een poging om zijn naam te zuiveren. In een brief vroeg de raadspensionaris aan Willem III of hij de onwaarheden die rondgingen wilde ontkrachten. Maar daar gaf Willem III geen gehoor aan. “Eigenlijk boekten maar weinig regenten succes op dit gebied”, zegt Van Tilborg. “De geest was al uit de fles.”
 

Hendrick Dankcerts, Verminking van de lichamen van de gebroeders De Witt (1672). Bron: Rijksmuseum Amsterdam (PD)
Hendrick Dankcerts, Verminking van de lichamen van de gebroeders De Witt (1672). Bron: Rijksmuseum Amsterdam (PD)

 

Thuis opgezocht
Een tweede opmerkelijke gelijkenis met het heden is dat bestuurders destijds ook in de privésfeer werden belaagd. Dat lijkt vandaag de dag iets nieuws, maar was in de zeventiende eeuw vrij gebruikelijk. “Als burgers ontevreden waren, mobiliseerden zij zich als menigte en gingen ze naar de privéwoning van de burgemeester”, vertelt Van Tilborg. “De burgervader kreeg dan nog één kans om zich te verweren, maar als dat voor de menigte niet goed genoeg was, sloegen ze zijn huis kort en klein.”

Van Tilborg wijst erop dat de situatie in het Rampjaar echter uitzonderlijk was. “De agressie van toen was zo massaal dat er een klimaat ontstond waarin de lynchpartij van de gebroeders De Witt kon plaatsvinden. Dat er doden vielen was ook voor die tijd heel uitzonderlijk.”

Natuurlijk is 1672 niet 2022. Van Tilborg waarschuwt dan ook voor het trekken van een-op-een-vergelijkingen. “Het is desalniettemin interessant om te zien hoe men in het verleden omging met tijden van crisis en paniek. Onzekerheid over de toekomst, samenzweringstheorieën en zondebokken, en het verliezen van vertrouwen in de autoriteiten: het zijn thema’s van alle tijden.”

De tentoonstelling ‘Rampjaar’ is komende week nog te zien in het Haags Historisch Museum (t/m 13 november). Meer info over de tentoonstelling vind je hier.

Delen: