Caesars laatste woorden waren “Ook gij, Brutus?”, of toch niet?

‘Ook gij, Brutus?’ U dacht vast ook dat dit de laatste woorden waren van Julius Caesar, die vertwijfeld besefte dat zijn vriend Brutus tegen hem had samengezworen en nu op hem instak. Caesar heeft vermoedelijk helemaal niets gezegd of, als hij nog iets zei, iets anders. Maar dat maakt het verhaal van de moord niet minder bloedstollend. Anton van Hooff neemt ons mee naar Rome in het jaar -44*, toen Caesar oppermachtig leek maar zich donkere wolken samenpakten.

‘Zo verga het steeds tirannen.’ Dit zou Marcus Junius Brutus hem hebben toegebeten toen hij instak op de dictator, maar voor dit rake ‘sic semper tyrannis’ is geen antieke of moderne bron te vinden. De aanslag gebeurde op de Iden van maart zoals de Romeinen de dag van de volle maan noemden: 15 maart van het jaar -44. Het ‘Sic semper tyrannis’ werd een gevleugeld woord, net zoals het ‘Et tu Brute’, dat William Shakespeare de stervende alleenheerser in zijn toneelstuk Julius Caesar (1599) in de mond legt. Hij bezweek aan de dolkstoten die hem door meerdere belagers waren toegebracht. Hij had hen afgeweerd, maar staakte zijn verzet toen Brutus aanviel. Brutus was nota bene een man die zijn hoge positie in de politieke arena geheel aan Caesar te danken had.
 

Jean-Léon Gérôme, La Mort de César (1867). Bron: Wikimedia Commons (PD)
Jean-Léon Gérôme, La Mort de César (1867). Bron: Wikimedia Commons (PD)

 

Caesar had in -44 een reeks militaire triomfen achter de rug. Hij leek onaantastbaar geworden door zijn benoeming tot ‘dictator perpetuo’, een volstrekt onwettige positie want de dictatuur was van oudsher een noodkoningschap voor hoogstens zes maanden. Hij wekte zelfs sterk de indruk dat hij niet wars van het koningschap zou zijn. Hij droeg bijvoorbeeld purperen mantels en liet al tijdens zijn leven zijn portret op munten slaan, zoals oosterse koningen deden. Sindsdien volgen westerse vorsten Caesars voorbeeld.

Voor de oude republikeinse elite was de herinvoering van de monarchie ondenkbaar: een rex (koning) was taboe. Het was voor Romeinen het equivalent van de Griekse tyrannos. Niet voor niets had Rome in -509 een einde gemaakt aan het koningschap van Tarquinius de Arrogante met een opstand geleid door Lucius Brutus. Sindsdien oefende een gekozen consul de hoogste macht uit in Rome. Een groot deel van de oude politieke elite zag Caesars alleenheerschappij met lede ogen aan. Caesar zelf was zich bewust van het onbehagen. Hij probeerde zijn tegenstanders in te palmen door zich niet te wreken, maar clementia te betonen. Deze genade was ook Marcus Brutus ten deel gevallen. Genade kan echter vernederen en wrok oproepen.
 

Karl von Piloty, Die Ermordung Cäsars (1865). Bron: Wikimedia Commons (PD)
Karl von Piloty, Die Ermordung Cäsars (1865). Bron: Wikimedia Commons (PD)

 

De tijd drong
Ook het Romeinse volk begon te twijfelen nu hun geliefde leider monarchale trekjes ging vertonen. De gewone burgers, handelaars en ambachtslieden waren op zijn hand geweest omdat hij als popularis (volksman) dingen voor de massa had gedaan, zoals het entameren van landverdeling, maar nu werden ze bang dat hij te ver ging.

Er verschenen ook opruiende graffiti op voetstukken van beelden in Rome. Ergens stond, onder verwijzing naar Lucius Brutus, de leider van de omwenteling in -509: ‘Brutus, omdat hij koningen verjoeg, werd de eerste consul/ Hij hier [Caesar], omdat hij consuls verjoeg, werd ten slotte koning.’ Gunstelingen van Caesar, zoals praetor Marcus Brutus, een verre nazaat van Lucius Brutus, werden eveneens op de korrel genomen. Zo stond op een beeld van de oude Lucius Brutus: ‘Onwaardig is je nageslacht/ Brutus, ben je dood? Leefde je nog maar.’
 

Onbekende maker, uit Plutarch's Lives for Boys and Girls. Being Selected Lives Freely Told (1900). Bron: Wikimedia Commons (NKCR)
Onbekende maker, uit Plutarch's Lives for Boys and Girls. Being Selected Lives Freely Told (1900). Bron: Wikimedia Commons (NKCR)

 

Naar aanleiding van ophitsende opschriften zou mede-praetor Cassius tegen Brutus hebben gezegd: ‘Denk je dat ambachtslieden en winkeliers de graffiti hebben aangebracht, en niet de edelste Romeinen?’ Cassius was zelf ook een gunsteling van Caesar, maar zijn republikeinse sentimenten werden door de elder statesman Cicero aangewakkerd. Van Brutus mogen we aannemen dat hij door zijn afkomst en opleiding naar republikanisme neigde. Ze besloten uiteindelijk om Caesar te vermoorden. De tijd drong, hij vertrok bijna op een militaire campagne tegen de Parthen in het Midden-Oosten. Binnen de kortste keren hadden ze zo’n zestig man voor het complot gewonnen.

Hoe gingen de samenzweerders te werk? Diverse bronnen schreven overigens dat er sinistere voortekenen waren geweest. Caesars vrouw Calpurnia zou een nachtmerrie hebben gehad waarin de gevel van hun huis instortte waarna Caesar, liggend in haar armen, werd doorstoken. Zou Caesar zelf iets hebben voorvoeld? En wat gebeurde er eigenlijk met zijn lichaam? Je leest het in de volgende editie van Geschiedenis Magazine. Meld je voor donderdag 21 april aan als abonnee, bestel ‘m vanaf eind april online of haal ‘m dan in de winkel.

 

* De auteur prefereert deze manier van datering boven het gebruikelijke ‘xx v.Chr.’.

Delen: