WINACTIE boek Els Kloek + Wie was Kenau Simonsdr. Hasselaer?

WIN Vrouwen en kinderen eerst van historica Els Kloek. In deze bundel bespreekt Kloek historische en actuele thema’s die haar bezighouden. Hierin passeren de nodige opmerkelijke vrouwen de revue. Een opmerkelijke vrouw waar Kloek al in 2014 over schreef voor Geschiedenis Magazine is Kenau Simonsdr. Hasselaer. Lees verderop in het artikel hoe u kans maakt op deze prijs.

Kenau Simonsdr. Hasselaer (1526-1588) was een dochter uit een redelijk welgestelde familie van Haarlemse brouwers die trouwde met een zoon van een scheepsbouwer: Nanning Gerbrantsz. Borst, die na de dood van zijn vader zijn scheepstimmerwerf aan het Spaarne overnam. In 1562 stierf Nanning, daardoor was Kenau op haar 35ste een weduwe met vier opgroeiende kinderen: haar dochters Guerte, Margriet en Lubbricht en haar zoon Gerbrant. Kenau zette het familiebedrijf voort, zoals toen gebruikelijk was. Haar naam komt veelvuldig voor in het boek waarin de hypotheekbrieven van de Haarlemse scheepsbouw staan opgetekend. Opmerkelijk is dat haar naam een aantal keren is gecorrigeerd: er stond Kenau Simonsdr. of weduwe Nanning Gerbrantsz., maar in de marge staat scheepsbouwster erbij gekrabbeld, vrijwel zeker in opdracht van Kenau zelf.

Kenau Simonsdr. Hasselaer (ca. 1590- 1609). (Collectie Rijksmuseum)

 

'Een Manninne'
Kenau duikt ook op in verslagen over het Spaanse beleg van Haarlem in 1572- 1573. Toen de stad meer dan een half jaar lang werd belegerd door de troepen van Alva, gaf Kenau leiding aan de vrouwen van Haarlem, die meehielpen bij de verdediging van de stadsmuren. Zij droegen munitie aan, goten kokend water en brandende pek over de Spaanse belegeraars en hadden wapens waarmee ze op de vijand vuurden. Soldaten schreven in pamfletten over het beleg dat bij de verdediging door de dappere burgers van alles werd gebruikt, zoals de materialen van een scheepswerf.

Broeder Wouter Jacobs, een monnik die uit Gouda naar het nog koningsgezinde Amsterdam vluchtte, meldt in zijn dagboek dat hij zich heeft laten vertellen dat er op de Haarlemse muren ook twee vendels vrouwen meevochten. Broeder Jacobs noemt Kenaus naam niet, maar Kenau werd tijdens het Haarlemse beleg al wel in diverse andere bronnen met naam en toenaam geprezen om haar moed. In een gedrukt dagverhaal (een soort dagboek) over het beleg dat in het voorjaar van 1573 uitkwam, staat te lezen hoe moedig de Haarlemse bevolking was. “Zelfs vrouwen en meisjes, de angstvalligste en vreesachtigste van alle creaturen, zetten zich dag en nacht in om te helpen bij de versterking van de stadsmuren, onder wie een zeer mannelijke vrouw, die met recht een Manninne genoemd mag worden, met name Kenu.”

Miskent heldin
Kenau diende tijdens het beleg als een icoon van de dapperheid van de Haarlemse burgerij, in woord maar ook in beeld. Er waren diverse prenten van de heldin van Haarlem in omloop. Het is lastig ze te dateren, maar het is zo goed als zeker dat ze dienst hebben gedaan als een soort nieuwstijdingen en dus nog tijdens of kort op de gebeurtenissen zijn gemaakt. Ze tonen Kenau als zwaarbewapende kapitein, soms voorzien van het hoofd van een gedode Spanjaard. Daarbij werden uiteraard sterke verhalen opgedist. Zo meldt een van de prentjes dat Kenau op Alva zelf had gevuurd daarbij zijn hoed van zijn hoofd schoot. Dit kan niet kloppen, want Alva is nooit in eigen persoon bij het beleg van Haarlem aanwezig geweest.

Kenau Simonsdr. Hasselaar met het hoofd van een Spaanse legeraanvoerder. Remigius Hogenberg (ca. 1573 - ca. 1580) (Collectie Rijksmuseum)

 

In juli 1573 moest Haarlem de strijd opgeven en kreeg een Spaans garnizoen binnen haar muren. Kenau ging weg uit de stad, waarschijnlijk eerst naar haar zuster in Delft en later Zeeland. Toen ze rond 1578 terugkeerde omdat de Spanjaarden vertrokken, toonde het Haarlems stadsbestuur weinig animo om haar als heldin binnen te halen, de prioriteit lag bij andere zaken. Dat Kenau zelf wel trots was op haar rol in de verdediging van haar stad, blijkt uit het verzoekschrift dat ze in 1586 schreef aan het stadsbestuur.

Als een goede patriot had ze tijdens het beleg tot het laatst gestreden, en nu wilde ze eindelijk wel eens geld zien voor de dienst die ze toen had verleend: Haarlem stond nog voor 250 gulden in het krijt bij Kenau voor het hout dat ze tijdens het beleg gratis ter beschikking had gesteld voor het bouwen van schepen voor de strijd op het Haarlemmermeer. Maar in de kantlijn van het verzoekschrift staat een zuinig nihil: het werd afgewezen.

Zeerovers
Dit was niet de enige keer dat Kenau bij een conflict betrokken was. Ze joeg geregeld mensen tegen zich in het harnas, en haar reputatie als takkenwijf stoelde deels ook hier op. Uiteindelijk kregen haar
dochters na haar dood het geld, maar pas na een aanbevelingsbrief van Prins Maurits en een langdurige procedure bij het Hof van Holland.

Kenau stierf in 1588 onder duistere omstandigheden. Ze was naar Noorwegen gevaren om hout in te kopen en is bij die tocht waarschijnlijk in handen van zeerovers gevallen. Zo overleed Kenau in het harnas: niet in dat van kapitein van twee vrouwenvendels zoals ze in de vroege geschiedverhalen is beschreven, maar in het harnas van de scheepsbouwster, het beroep waar ze trots op was.

Weer ouderwets heldin
Pas na haar dood werd Kenaus blazoen weer opgepoetst. Nazaten lieten haar portret schilderen en hingen dat in hun mooie kamer en de schutterij van Haarlem liet na vijftig jaar een schilderij maken waarop Kenau zeer heldhaftig is afgebeeld. Geschiedschrijvers bezongen haar moed en zo groeide ze uit tot een van de beroemdste vrouwen uit de vaderlandse geschiedenis. In de loop van
de 19de eeuw kwamen haar daden echter onder verdenking te staan. In officiële bronnen kwam ze namelijk niet voor en het was duidelijk dat kroniekschrijvers en dichters haar heldendaden steeds verder hadden verfraaid. Bovendien kon men zich in die tijd niet meer voorstellen dat vrouwen meevochten. Oorlog is immers mannenwerk. Exit Kenau.

Nu zijn er een film, opera, een roman en een kinderboek die Kenau ontdoen van haar negatieve connotatie en haar weer ouderwets een heldin maken. Daarbij wordt haar leven uiteraard flink geromantiseerd. Zo krijgt ze een verhouding met Wigbolt Ripperda, de militair-gouverneur van het Haarlems verzet tijdens het beleg. En krijgt ze een dochter die Kathelijne heet en sterft op de brandstapel. Dat is allemaal verzonnen. Maar als de hype rond Kenau ervoor zorgt dat haar naam wordt ontdaan van de negatieve bijklank en ze weer wordt gezien als een historische figuur van vlees en bloed, vind ik dat zuivere winst.
 

Dit artikel verscheen eerder in Geschiedenis Magazine (jaargang 49 (2014) nummer 2)

WINACTIE: Win Vrouwen en kinderen eerst van Els Kloek

In deze bundel laat Kloek aan de hand van voorvallen uit het dagelijks leven, kritische observaties en onderzoekservaringen haar licht schijnen over historische en actuele thema’s die haar bezighouden. Uiteraard passeren daarbij de nodige opmerkelijke vrouwen de revue.

Op haar eigen lichtvoetige toon, zonder te moraliseren, te dicteren of aan te klagen, bespreekt ze zaken als de zin en onzin van de canon, vrouwengeschiedenis als inhaalmanoeuvre, excuses voor het verleden en andere heikele kwesties waarmee historici tijdens hun onderzoek te maken krijgen. Ook geeft ze de lezers een inkijkje in de totstandkoming van 1001 vrouwen, haar magnum opus, waaraan ze ruim vijftien jaar werkte. Kijk voor meer informatie over het boek op de website van Uitgeverij Vantilt.

Wilt u kans maken op het boek Vrouwen en kinderen eerst? Stuur uw antwoord op de vraag "Wie is uw vrouwelijke held uit de geschiedenis en waarom?" naar [email protected] en wie weet ligt het binnenkort bij u op de mat!

Delen: