Eerste Wereldoorlog: lessen en herinneringen

Dit jaar is het 100 jaar geleden dat de Eerste Wereldoorlog tot een einde kwam. Hoewel Nederland neutraal bleef ging de oorlog ook hier niet ongemerkt voorbij. Met activiteiten, documentaires, achtergrondinformatie en een interactieve kaart van oorlogsmonumenten staat www.eerstewereldoorlog.nu stil bij deze wrede oorlog. Ook in het nieuwste nummer van Gechiedenis Magazine wordt teruggekeken op de Eerste Wereldoorlog. Mike Harmsen vertelt over de Eerste Wereldoorlog van Winston Churchill: wat waren de bittere ervaringen en harde lessen van deze staatsman?

In 1911 werd de 37 jaar oude Winston Churchill benoemd tot minister van Marine. Hij begon zijn werkzame leven in het leger, was journalist en oorlogscorrespondent in de Tweede Boerenoorlog en zat sinds 1900 in het Lagerhuis, aanvankelijk voor de Conservatieven. Zijn overstap naar de Liberalen in 1904 maakte hem bij deze Conservatieven tot persona non grata, maar legde hem geen windeieren. In 1910 was hij minister van Binnenlandse Zaken geworden in het liberale kabinet van premier Herbert Asquith en nu dus First Lord of the Admiralty.

 

WO I - Churchill - loopgraaf
Geallieerde militairen in een loopgraaf.

 

Wapenwedloop
In het Duitse keizerrijk was de bouw van oorlogsschepen ondertussen in volle gang.
Churchill wist de uitgaven van de Royal Navy tussen 1911 en 1914 met 25% te verhogen, onder andere voor onderzeeërs en de eerste watervliegtuigen, zodat de Duitse Hochseeflotte nooit een gevaar zou vormen. Hij stoomde de Britse vloot klaar voor de ‘wereldcrisis’, zoals Churchill de oorlog noemde die op 28 juli 1914 uitbrak. Groot-Brittannië streed met Frankrijk en Rusland (de Entente) tegen de Centralen (Duitsland en Oostenrijk-Hongarije).

Oorlogsenthousiasme
Bij veel Britten doofde het eerste oorlogsenthousiasme snel door de verschrikkingen van het front, maar Churchill was en bleef lang in extase. Zelfs in 1915 schreef hij nog: ‘Ik denk dat ik vervloekt zou moeten worden, want ik hóú van deze oorlog.’ Hij was vastbesloten een vooraanstaande rol te spelen en het Britse rijk naar de overwinning te leiden. Een van zijn admiraals schreef over hem dat hij zichzelf zag als legendarische legeraanvoerders zoals Napoleon of zijn voorvader de hertog van Marlborough (1650-1722), die nooit een slag verloor. Churchill werd geboren in Marlboroughs paleis Blenheim (Oxfordshire).

 

WO I - Churchill
Winston Churchill rond 1940.

 

Grootse plannen
Churchill mocht euforisch zijn, hij kreeg als minister niet veel voor elkaar. Hij zag zichzelf als vooruitstrevend en hij had ambitieuze plannen, maar hij was ook grof, bemoeizuchtig, dominant en hij stootte constant belangrijke leden van de vloot voor het hoofd. Dit had voor de oorlog al vaak tot conflicten geleid, en nu bleken de admiraals een blok aan zijn been. Zo liepen de Britse legers al snel vast in de loopgraven van Noord-Frankrijk en wat deed de vloot?
Niks. De admiraals waren van mening dat een blokkade van de Duitse Noordzeekust te gevaarlijk was en de Duitsers waagden zich eveneens niet aan een aanval. Grote zeeslagen bleven dus uit. Dat er niet veel gebeurde op zee vrat aan Churchill. Keer op keer kwam hij met nieuwe plannen, bijvoorbeeld om het Duitse eiland Borkum in te nemen en zo de Duitse havens te blokkeren, maar de admiraals schoten zijn ideeën een voor een af. Later schreef hij hierover teleurgesteld: ‘De negatieve tendens was enorm.’

Zelf vechten!
Dit ervoer hij ook toen hij in oktober 1914 probeerde om een doorslaggevende rol te spelen bij de verdediging van Antwerpen. De Belgen gaven aan de stad niet langer te kunnen houden en onder andere twee Britse vlootbrigades schoten te hulp. Churchill zag zijn kans schoon en begaf zich op 2 oktober naar de stad. Hij overtuigde de Belgen om door te vechten en nam het op zich om de verdediging te organiseren. Hij wilde zelfs zelf vechten en berichtte premier Asquith dat hij zijn functie als minister wilde neerleggen indien hij werd aangesteld als commandant met de juiste rang. Churchill vertrouwde veldmaarschalk H.G. Alexander latere toe dat hij altijd al ‘tijdens veldslagen het commando had willen hebben over grootse zegerijke legers’. Asquith legde het voorstel met tegenzin voor aan het kabinet. Hij noteerde voor zichzelf dat het een tragikomische gebeurtenis was: Churchills verzoek werd begroet met ‘homerisch gelach’.

Welke teleurstellingen kreeg Churchill nog meer te verwerken? Hoe wist hij zijn politieke hachje te redden? En wat leerde hij dan in de Eerste Wereldoorlog? Lees het in het juli/augustus-nummer van Geschiedenis Magazine, nu in de winkel!

 

 

 

Delen: